Lowlove is gestopt en wordt sinds eind 2015 niet meer bijgewerkt.
Je kunt nog wel gewoon alle oude artikelen lezen en onder Historie rondneuzen en nagenieten van de vorige edities van Lowlands. Wil je meer weten, kun je hier verder lezen.

Achter het liedje: ‘Mr. November’ van The National

Lowlove duikt in de aanloop naar Lowlands 2014 net als vorig jaar in de ontstaansgeschiedenis van liedjes die (vrijwel zeker) op het festival gespeeld gaan worden. In deze vijfde aflevering van 2014: het verhaal achter ‘Mr. November’ van The National.

Woensdag, 5 november 2008. De vorige avond is Barack Obama gekozen tot de eerste zwarte president van de Verenigde Staten. In New York viert een Franse televisiecrew dat het verslaggeverswerk erop zit. Een van hen heeft een shirt aan dat hij op de avond van de verkiezingen kocht in Harlem. Het shirt is grijs, en heeft een grote opdruk van het hoofd van Obama. De president kijkt de verte in, alsof hij vooruitblikt op de toekomst. Daaronder, in rode en blauwe letters: MR. NOVEMBER.

De Fransman zegt tegen een aanwezige journalist dat de winst ongelooflijk is. “Voor de hele wereld.”

Mr. November

Iets meer dan vier jaar eerder, de Democratische partijconventie in Boston, Massachusetts. Een wat stijve, gladde, kleurloze man – bijna Barbies Ken, maar dan op middelbare leeftijd – spreekt een juichende menigte toe. “I’m John Kerry, and I’m reporting for duty”, zegt hij. Applaus. “We are here tonight because we love our country. We’re proud of what America is and what it can become.”

Kerry is de kandidaat die George W. Bush na één termijn weer uit het Witte Huis wil krijgen. Dat moet lukken, zou je zeggen, want Bush begon twee oorlogen, één in Irak, één in Afghanistan, beide al snel uitzichtloos en vele soldatenlevens kostend.

Maar Kerry faalt. Bush wint de verkiezingen en begint in januari 2005 aan zijn tweede termijn.

Het zijn die maanden, de laatste van 2004 en de eerste van 2005, waarin een indieband uit Ohio de laatste hand legt aan het derde studioalbum. Die band is The National, het album Alligator.

Hoewel alle bandleden naar New York zijn verhuisd, wordt de plaat in Ohio opgenomen – onder meer omdat het rijbewijs van bassist Aaron Dessner daar geldig is. En die laatste loodjes wegen zwaar: het vijftal voelt zich opgejaagd en angstig. Door het album dat af moet, maar ook door de verkiezingen en die oorlog in Irak. Ze willen Kerry, maar krijgen wederom Bush. Tegen The Toronto Star zegt Dessner: “We hoopten dat Kerry gekozen zou worden en that he wouldn’t fuck the country over. We waren best kapot van de verkiezingsuitslag.”

Zo wordt het laatste nummer van het album (de titel, Alligator, verwijst naar op de loer liggend gevaar) een mix tussen hoe frontman/tekstschrijver Matt Berninger zich voelt en wat hij zich voorstelt bij hoe een presidentskandidaat zich moet voelen. Vooral ongemakkelijk, verklaart Berninger later. “Het moet heel stressvol en vervelend zijn om steeds die rol te spelen.”

Die gedachte is in de tekst terug te vinden. Je hoort iemand die ooit veelbelovend was (I used to be carried in the arms of cheerleaders) maar zich nu alleen maar ongemakkelijk en onzeker voelt.

The English are waiting
And I don’t know what to do
In my best clothes

Iemand die steeds hetzelfde moet roepen, overal. Ronkende speeches, zelfverzekerde uitspraken. Alsof hij het meent.

I’m the new blue blood
I’m the great white hope
I’m the new blue blood

I won’t fuck us over, I’m Mr. November
I’m Mr. November, I won’t fuck us over

Dat het nummer vier jaar later, als het Bush-tijdperk voorbij is, een soort campagnenummer voor Obama wordt, mag je curieus noemen. The National vindt zichzelf helemaal geen politieke band, en ze schrijven naar eigen zeggen geen protestsongs.

Toch wordt toestemming gegeven om ‘Fake Empire’, het eerste nummer van het derde album Boxer, op de Democratische conventie te spelen en te gebruiken voor een campagnefilmpje. En de verkoopopbrengsten van het T-shirt met de Mr. November-opdruk gaan naar de presidentscampagne.

“De tekst past niet echt”, zegt Berninger een maand voordat Obama gekozen wordt. “Maar we willen wel dat hij Mr. November wordt.”

Illustratie: Anne Steenbergen

2 reacties

  1. Ferraro

    Nice ! Btw Nooit geweten dat Matt Berninger geen protestsongs schrijft.

  2. LS

    Mooi verhaal! De verhalen achter de liedjes zijn jammer genoeg minder sterk dan vorig jaar. Eén kanttekening: Alligator is het derde album van The National en niet het tweede album, zoals het hier staat ;)

    Komen Roos en Martin ook weer terug? Hoewel ik het vorig jaar niet altijd met ze eens was, was het altijd leuk om de filmpjes te zien!

U kunt niet meer reageren.